Wat zijn ook alweer de golfregels in de winter?

1. Of er bij wedstrijden winterregels gelden, is aan de wedstrijdleiding. Maar wat jij met je vrienden in die zondagse vierbal doet, mogen jullie lekker zelf beslissen.

2. Nederlandse banen kiezen vaak van 1 november tot 30 april voor winterregels, maar check voordat je afslaat altijd de status van de baan.

3. Winterregels gelden alleen voor die delen van de baan waar het gras op fairwayhoogte of korter is gemaaid. Hieronder vallen ook de fringe, apron en paden door de rough.

4. Als je mag plaatsen dankzij een lokale regel, hoef je de originele plek niet te markeren. Maar het wordt wel aangeraden, omdat het helpt te bepalen op welke plek je relief mag nemen.

5. Als de bal gemarkeerd is, kun je hem oppakken en schoonmaken. Vervolgens mag hij (of een andere bal) worden teruggeplaatst, niet dichter bij de hole en in een algemeen gebied dat door de wedstrijdleiding is gespecificeerd – vaak binnen een scorekaartlengte van de originele plek. Soms geldt ook een clublengte, dus check dit voor je ronde.

6. Kies zorgvuldig waar je de bal terugplaatst. Als de ligging je niet bevalt en je beweegt de bal nogmaals, krijg je een strafslag en moet je de bal terugplaatsen op de plek waar hij lag (Regel 14.2). De enige uitzondering is als de bal niet stil blijft liggen op de gekozen plek.

7. Als je bal geplugd ligt (niet in het zand), mag je relief nemen. Zowel op de fairway als in de rough moet je de originele (of een andere) bal droppen binnen een clublengte (niet dichter bij de hole) van de originele plek.

8. Rijp en dauw zijn geen losse natuurlijke voorwerpen en mogen niet worden verwijderd uit de omgeving van je bal of van de lijn. Op de tee geldt een uitzondering en mag je dauw, rijp of water wel verwijderen.