Cijferaars bij de PGA Tour hadden al snel boven tafel hoe bijzonder het slot van Hovland was. Niet eens omdat het de laagste score in een slotronde om tot winst te komen. Niet eens omdat 28 slagen voor de backnine op een zondag in de play-offs niet eerder vertoond was. Ook niet omdat hij met zijn 61 een nieuw baanrecord vestigde op Olympia Fields. Wél omdat de nummer 5 van de wereld tot gisteren slechts de nummer 133 van het seizoen was waar het scores in de laatste ronde betrof.
Daar was niets van te zien op de slotdag van het BMW Championship. Goed, de baan lag er een beetje voor en de omstandigheden waren ideaal, maar dan nog. Met mannen als Scottie Scheffler en Matt Fitzpatrick op pole-position én in vorm, leek er voor de Noor weinig meer te halen. Zeker ook omdat de Amerikaan en de Engelsman ook ruim onder par speelden op de slotdag en beiden tekenden voor een 66 (-4).
Ook zij zagen echter met verbazing dat Hovland de baan lachend op de knieën kreeg en de ene na de andere birdie maakte op de weg terug naar het clubhuis. Van de negen holes birdiede hij er zeven, en omdat hij op de twee holes waar hij dat niet deed een par maakte, stopte de teller al na 28 slagen, -9 voor de ronde en -17 voor het toernooi.
Dat was teveel van het goede voor Scheffler en Fitzpatrick die allebei op de laatste hole een eagle 2 nodig hadden om nog in een play-off te komen en daar niet in slaagden. Dat Scheffler bij het ingaan van de finale van de FedExCup met twee slagen voorsprong van start gaat zal dan ook allerminst als een geruststelling voelen.
- Pro Shots