'Waar ik mezelf over vijf jaar zie?' De tweedejaars professional uit Utrecht herhaalt de vraag, tegen het einde van het gesprek. Ze is even stil en zegt dan: 'Ik zie mezelf dit echt nog wel een tijdje doen, dus laten we zeggen dat ik in 2027 in de top van de Ladies European Tour speel en een paar zeges op mijn naam heb staan. Misschien speel ik dan wel in Amerika, al kan ik me dat op dit moment niet voorstellen en zie ik mezelf ook gewoon mijn hele loopbaan in Europa spelen. Amerika is wat mij betreft zeker niet zaligmakend, en het belangrijkste is dat ik de weg volg die voor mij goed voelt.'
De weg die Meekers aflegt, is nog maar net begonnen. Althans, de afslag 'pro' nam ze nog niet zo lang geleden en zoals alle beginnende professionals is het ook voor haar nu vooral zaak haar weg te vinden in dit nog relatief nieuwe leven. 'Het is druk en af en toe een beetje chaotisch', zegt Meekers, als ze uitlegt hoe haar schema er nu uitziet. 'Op basis van mijn categorie zit ik meestal net wel of net niet in het veld en hoor ik soms pas heel laat dat ik mee mag doen. Zo kwam ik een paar weken geleden terug uit Australië toen ik werd gebeld dat ik ook kon starten in Madrid. Dan is het een kwestie van snel schakelen. Je weet dat het krap wordt, dat je nauwelijks voorbereidingstijd hebt en een dikke jetlag bovendien. Toch besloot ik direct door te vliegen naar Spanje. Ik haalde de cut helaas niet, maar ik moet in deze fase alle kansen pakken die ik krijg. Dat zijn er gelukkig meer dan ik aan het begin van het seizoen had verwacht. Maar dat betekent dus ook dat er veel last minute gebeurt, terwijl ik iemand van structuur en regelmaat ben.' Lachend: 'Laten we zeggen dat ik er inmiddels achter ben dat je dat beter los kunt laten.'
Samen trainen, samen spelen
Het is een van de vele lessen die de Utrechtse leerde sinds ze zich volledig op golf richt en van de sport die ze sinds haar dertiende beoefent haar werk maakte. 'Tijdens een vakantie in Spanje had mijn vader, die als enige van de familie al golfde, een clinic voor de hele familie geregeld. Ik kende de sport wel. Het stond thuis vaak aan op tv en omdat mijn vader sponsor was van het eerste damesteam van Amelisweerd, was ik ook wel eens wezen kijken. Maar tijdens die clinic sloeg ik voor het eerst zelf een bal. Ik deed tot dat moment aan hockey, had getennist en voelde meteen dat ik dit leuk vond en ook wel kon. Terug in Nederland was de beslissing om mijn GVB te halen dan ook snel gemaakt. De moeder van Annemieke de Goederen werkte toen op De Haar en daar ben ik begonnen. Niet lang daarna ben ik naar Amelisweerd gegaan, waar Annemieke zelf lesgaf, vooral ook omdat daar meer jeugd was om mee te trainen en te spelen. Dat werkte stimulerend, maar was vooral ook leuk. Samen trainen, samen spelen: het gaf zoveel plezier. Meer met jongens dan met meisjes overigens. Meisjes waren, en zijn, in de minderheid. Maar dat vond ik nooit een probleem. Ik heb twee broers en kon de strijd met hen altijd goed aan, hoor. Jongens zijn vaak net wat competitiever, volgens mij. Dus dan worden trainingen al snel kleine wedstrijdjes. De verliezer betaalde de chocolademelk of moest push-ups doen. Waar andere kinderen buiten op straat speelden – ik ben nog net van voor de generatie die alleen maar op de telefoon zit – deden wij dat op de club. Het gebeurde vaak dat ik vanuit school met de tas in de trein meteen naar de baan ging. Zo leuk vond ik het. Inmiddels deed ik ook mee aan wedstrijden en speelde ik kennelijk goed genoeg om door de NGF gevraagd te worden voor de nationale selectie. Ik kan me dat nog goed herinneren en weet nog dat het voelde als een soort erkenning. Bij hockey zat ik altijd een beetje tussen het eerste en het tweede team in, nu zag men genoeg potentie om voor Nederland uit te mogen komen. Ik heb nog heel even geprobeerd om naast nationale golfwedstrijden te blijven hockeyen – dan vroeg ik bijvoorbeeld een late starttijd aan, zodat ik in de ochtend op het hockeyveld kon staan – maar al na een paar weekenden wist ik dat dat gekkenwerk was. Ik stopte met hockey en richtte me vanaf dat moment volledig op golf.'
Het interview (dat eerder te lezen was in Golfers Magazine 5) gaat onder de advertentie door.
Nederlandse weg
Vanaf toen ging het echt hard met de platinablonde nummer 1124 van de wereldranglijst. Haar spel bleef zich verbeteren, haar handicap zakte, ze ging spelen voor het eerste team van Amelisweerd, werd later meervoudig landskampioen met UGC 'De Pan' en speelde zich uiteindelijk naar Oranje. En ergens in dit traject ontstond het idee dat een leven als professional misschien wel haalbaar was. 'Maar wel op mijn manier', zegt ze vol overtuiging, voor ze uitlegt wat ze daarmee bedoelt. 'Neem de mogelijkheid om collegegolf te spelen in Amerika. Voor veel spelers is dat een perfecte route, er zijn zeker succesverhalen. Maar er zijn ook genoeg talenten voor wie het helemaal niets was en die daardoor het plezier in golf kwijtraakten. Zonder dat ik het geprobeerd heb, voelde ik dat het voor mij niets zou zijn. De manier van spelen, de volledige focus op competitie, het aan de andere kant van de wereld wonen: het trok mij niet. Bij internationale toernooien liepen er altijd wel scouts rond en mijn coach kreeg vaak genoeg visitekaartjes toegestopt. Hij vroeg dan na afloop of ik er behoefte aan had om te weten wie er met me wilde praten, maar zelfs dat heb ik nooit gedaan. Voor mij liep de ideale route via Nederland. Dat heb ik altijd zo gevoeld. Ik ben gaan studeren aan de Johan Cruyff Academy en toen ik daar in 2018 vanaf kwam en niet wist wat ik eventueel nog kon gaan studeren, heb ik de beslissing genomen om me fulltime op golf te richten en te kijken hoe ver ik kon komen. Ik was nog steeds zó into golf dat ik heel blij was dat mijn ouders me steunden in die beslissing. Al was dat wel onder de voorwaarde dat ik daarnaast wat zou werken. Ook daar ben ik nog altijd heel blij mee. Niet alleen gaf het afleiding en leerde ik andere mensen kennen, ik wist door 'gewoon' te werken nog zekerder dat ik het met golf wilde proberen te redden.'
Big Green Egg Open
De start van haar loopbaan als broodspeler was echter vals. De pandemie die de wereld begin 2020 goeddeels stilzette, had ook grote gevolgen voor de nog nauwelijks begonnen golfcarrière van Meekers. 'Corona haalde een streep door mijn plan om via Qualifying School een kaart te verdienen. En dat niet alleen: het maakte alles een stuk ingewikkelder. Reizen werd een uitdaging. Er was maar een beperkt aantal toernooien. Het vinden van sponsors werd nóg lastiger. Althans, zo ervoer ik dat: door corona hadden veel bedrijven het heel moeilijk en dan kwam ik om geld vragen. Dat vond ik best lastig, maar het moest uiteindelijk wel gebeuren. Zonder sponsors red je het niet. Niet bij de mannen en zeker niet bij de vrouwen.
'Door corona was er geen Qualifying School en daarom besloot ik nog een jaar langer amateur te blijven. Ik had een kleine ranking op de LETAS (het circuit onder de LET, red.) en kon met de paar toernooien die ik daar mocht spelen en door amateur te blijven aan voldoende wedstrijden meedoen om een goed seizoen te draaien en me klaar te maken voor de volgende Q-School. Helaas redde ik het daar net niet afgelopen jaar. Ik haalde weliswaar de cut, maar gebruikte twee slagen te veel om bij de top 50 en dus aan een redelijk goede kaart te komen. Dat was een behoorlijke teleurstelling. Maar tot nu toe heb ik al behoorlijk wat kunnen spelen en heb ik zelfs nog geen gebruik hoeven maken van de wildcards die me via Golf Team Holland ook nog een paar starts opleveren.'
De wedstrijden die Meekers tot nu toe speelde, verliepen met wisselend succes, zo erkent ze direct. 'Gemiste cuts is niet waar je het voor doet. Tegelijkertijd leer je er ontzettend veel van. Omgaan met teleurstelling, bijvoorbeeld. En door goed te kijken naar de golfers met wie je speelt, leer je waarom zij het wel halen. Zo speelde ik in Madrid met twee vrouwen die al járen op de Tour spelen. Het was niet spectaculair wat ze lieten zien, maar juist ontzettend degelijk. Heel veel fairways en greens. En als ze dan een green misten, was er geen enkele angst voor de herstelslag en maakten ze vrijwel elke keer 'gewoon' een up and down en streepten ze weer een hole af. Heel simpel eigenlijk. Daar leer ik ontzettend veel van op zo'n moment. Het hoeft niet perfect, als het maar werkt. Wat wel leuk was trouwens, was dat die vrouwen me, nadat ik de cut had gemist, allebei zeiden dat ik vooral mijn ding moest blijven doen, dat ik nog maar net pro was en dat ik echt goed genoeg ben om het te redden. Dat soort bevestiging is toch fijn.'
Een volgend 'fijn moment' dient zich deze week aan, het Big Green Egg Open op de Rosendaelsche, waar ze, net als vorig jaar, haar opwachting maakt. 'Ik vond het vorig jaar een ontzettend leuke ervaring, hoewel het natuurlijk jammer was dat ik de cut miste en dat er door corona maar beperkt publiek aanwezig was. Nu ik meer toernooien op de LET heb gespeeld, kan ik ook zeggen dat het een goed georganiseerd toernooi was. Een van de beste van het circuit zelfs. Het is mooi dat we in Nederland een toernooi van de LET hebben, om vrouwengolf in zijn algemeenheid onder de aandacht te brengen, maar ook omdat het wildcards oplevert. Het geeft mij extra kansen om dit jaar veel te leren en hopelijk zelfs mijn kaart veilig te stellen, zodat ik niet terug hoef te vallen op plan B en straks alsnog naar Qualifying School moet. Dat zou geen ramp zijn, maar het is prettiger als je je speelrecht veiligstelt door een goed jaar te draaien in plaats van het te moeten hebben van één goede week. Het seizoen biedt nog voldoende kansen en het Big Green Egg Open is daar een van. Een van de allermooiste kansen die er is.'
- LET