Vijf Momenten (III)

Sinds zijn debuut in september 1996 heeft Tiger Woods aan 328 wedstrijden van de PGA Tour meegedaan. Hij won er 79 van (24,1%), eindigde 127 keer op het podium (38,7%) en 186 keer in de top-10 (56,7%). In 300 toernooien haalde Woods het weekeinde (91,4%).

Cijfers om van te watertanden. Want vergelijk dat maar eens met de op een na beste speler uit het laatste decennium van de twintigste en het eerste decennium van de 21ste eeuw: Phil Mickelson.

Hij speelde 572 toernooien. Hij won er 42 van (7,9%), eindigde 103 keer op het podium (18%) en 188 keer in de top-10 (32,9%). In 478 toernooien haalde Mickelson de cut (69,9%).

Er komt niemand in de buurt van Mickelson – Spieth heeft nog wel even te gaan – en Mickelson komt niet in de buurt van Woods: met Jack Nickaus en Bobby Jones de grootste golfer ooit.

Dus al die criticasters moeten hun mond houden: zij houden zich bezig met het verspreiden van fake news.

Maar het verleden geeft voor TW geen garantie voor de toekomst. Woods speelde na 2013 – het jaar waarin hij vijf keer won (en de FedEx Cup veroverde) negentien wedstrijden van de Amerikaanse Tour. Het resultaat: elf cuts en één top-10 plaats.

Toegegeven, de man die op 30 december 42 wordt, speelde begin deze maand niet slecht tijdens zijn eigen Hero World Challenge. Maar wat betekent dat voor het komende seizoen? De kans dat het tegenvalt lijkt mij vrij groot.

Maar ik laat mij graag verrassen.