Lekker lang lezen: Relativiteitstheorie

Internet staat vooral vol met korte stukjes, maar waarom zou je er niet af en toe eens lekker voor gaan zitten? Voor een long-read uit Golfers Magazine bijvoorbeeld?

woods nicklaus

Wie was of is de beste golfer aller tijden. Jack Nicklaus of Tiger Woods? Zeggen absolute getallen alles of juist heel weinig? Een poging om prestaties in perspectief te zetten.

Tekst Jan Kees van der Velden Fotografie Getty Images

Je kunt tal van lijstjes interpreteren, maar als ze met prijzengeld te maken hebben, kun je ze meteen opzij leggen. Waarom? Jack Nicklaus verdiende van 1962 tot en met 2004 in 576 wedstrijden van de PGA Tour 5.734.322 dollar. Het ‘loon’ voor 73 zeges, 57 tweede en 34 derde plaatsen. In totaal eindigde Nicklaus in bijna de helft van zijn wedstrijden op het hoogste niveau in de top-10. Daarmee staat de Golden Bear ergens anoniem in het tweede rijtje van de All Time Money List.

In 2016 waren er vier spelers die in een seizoen meer verdienden dan Nicklaus in zijn hele carrière: Dustin Johnson, Jason Day, Adam Scott en Rory McIlroy.

Woods voert ‘de ATML' aan en dat zal voorlopig ook wel het geval blijven. TW speelde namelijk iets meer dan 110 miljoen dollar bij elkaar en Phil Mickelson is op een lichtjaar afstand tweede met ruim 82,5 miljoen.

Waar meet je de grootheid van een speler dan mee?

Tiger Woods werd ooit – in zijn toptijd – gevraagd naar het waarom van zijn relatief magere Ryder Cup-prestaties*). Dat schoot Woods duidelijk in het verkeerde keelgat. ‘O, weten jullie dan exact hoe goed Jack in de Ryder Cup was?’, kaatste hij de met gif en venijn gevulde bal terug. ‘Nee? Dacht ik al. Beste mensen, het gaat in golf alleen om Majors.’

Woods deed zijn uitspraak zoals gezegd in zijn toptijd, toen niet alleen hij maar tal van anderen ervan overtuigd waren dat Nicklaus’ record van achttien Major-zeges zou worden verbeterd. Jack Nicklaus zelf was daar ook van overtuigd.

Er was ook alle reden om zo te denken. Lang was Woods op weg om minimaal twintig overwinningen in de grote kampioenschappen te behalen. Zeker toen hij in 2000/ 2001 vier Majors op rij won. Geen echte Grand Slam, omdat het niet in één jaar was, maar wel volstrekt uniek, omdat dit nog nooit door iemand was gepresteerd. In 2002 won hij er nog twee en dat bracht Tiger Woods op het imponerende totaal van zes Majors in drie jaar.

Jack Nicklaus brak het oude Major-record door op 12 augustus 1973 het PGA Championship te winnen. Op de baan van de Canterbury Golfclub bij Cleveland kwam hij tot een totaal van zeven onder, vier slagen beter dan de rest.
Het was de twaalfde Major-zege van Nicklaus. Walter Hagen had er tussen 1914 en 1926 elf gewonnen: twee U.S. Opens, vier Open Championships en vijf PGA Championships, waarvan de laatste vier op rij.

Nicklaus behaalde zege nummer twaalf in zijn twaalfde seizoen als professional. Tiger Woods deed dat al in jaar tien door het PGA Championship 2006 op zijn naam te schrijven. Wat of wie kon hem nog stoppen?

Woods behaalde zijn dertiende zege in het PGA Championship van 2007 op Southern Hills bij Tulsa, Oklahoma. Memorabel was dat echtgenote Elin Nordegren na de laatste ronde op de rand van de green stond te wachten, met de twee maanden oude dochter Sam in haar armen.

Tiger Woods leek gelukkig. Niet alleen vanwege zijn spel en zijn prestaties, maar vooral omdat hij als familieman de rust leek te hebben die golf in perspectief zou zetten. Woods kon, zo dacht men, met meer innerlijke rust de jacht op het record voortzetten.

Gehavend

Nummer veertien kwam in het U.S. Open van 2008, de memorabel editie die werd gespeeld op de South Course van Torrey Pines bij San Diego. Op deze baan kon de toen 32-jarige nummer een van de wereld niet verliezen: hij had hier immers al zes keer het Buick Invitational – nu het Farmers Insurance Open – gewonnen. Maar de eigenaardige Rocco Mediate – een van de eerste spelers ooit met een lange putter – dwong Woods eerst tot het holen van een lange putt op de 72ste hole om een play-off af te dwingen. Verlengingen gaan in het U.S. Open over achttien holes – op maandag. Tiger Woods en Rocco Mediate speelden hun vijfde ronde in 71 slagen, level par. Dus was een suddendeath-verlenging nodig. Woods won het kampioenschap met een par op de eerste ‘extra extra’ hole.

Pas achteraf werd duidelijk hoe gehavend Woods al aan het kampioenschap was begonnen. Twee dagen na de play-off liet Tiger Woods weten dat het seizoen 2008 erop zat. Hij vertelde al tien maanden met een gescheurde (linker)knieband te spelen en dat hij twee weken voor het kampioenschap een dubbele stressfractuur in zijn linker onderbeen had opgelopen.

Nog geen reden voor zorg, want Woods had al vaker laten zien dat het bij hem na zware blessures al snel business as usual was. Tiger Woods begon 2009 met zesde plaatsen in zowel The Masters als het U.S. Open. Maar daarna gebeurde er iets vreemds: hij miste in The Open op Turnberry – het kampioenschap dat Tom Watson had moeten winnen – voor het eerst als pro de cut in een Major. Nog geen maand later verloor hij – ook voor het eerst – de leiding in de laatste ronde van een groot kampioenschap. Gevolg: Outsider Yong-eun Yang klopte hem in de slotfase van het PGA Championship.

Drie maanden later was er het beeld van de zwaar beschadigde Cadillac Escalade die vlak bij zijn huis in Orlando tegen een brandkraan was gereden. Mét een aan barrels geslagen zijruit: Mrs Woods was er achter gekomen dat Mr Woods al jaren vreemd ging.

Na Het Schandaal speelde Tiger Woods nog twintig Majors. Met vijf gemiste cuts, waarvan drie op rij, zes top-10-plaatsen, maar geen enkele zege. De voorsprong op het schema van Jack was veranderd in een achterstand.

Jack Nicklaus had immers in zijn zeventiende jaar een voorsprong genomen door Major nummer vijftien te winnen. Na de zeventiende zege – het PGA Championship van 1980 – leek het voorbij. Maar wie herinnert zich niet hoe hij in 1986 op 46-jarige leeftijd The Masters in de wacht sleepte?

Paparazzi

Woods 14, Nicklaus 18. De Golden Bear is de grootste aller tijden.

Maar wacht even!

Er is wel het feit dat Nicklaus aanzienlijk meer Majors speelde dan zijn rivaal: 164 om 76. En dan is een verschil van vier zeges ineens iets trivialer geworden.

Want Jack Nicklaus won elf procent van zijn gespeelde Majors, Tiger Woods achttien procent.

Woods behaalde in 32 procent van zijn grote kampioenschappen een podiumplaats, Nicklaus bleef op 28 procent steken.

Top-10-finishes: Woods vijftig procent (38 van de 76!), Nicklaus 43 procent.

Cuts gehaald: Woods 88 procent, Nicklaus 80 procent.

Een soort golfversie van de relativiteitstheorie brengt Tiger Woods toch weer wat dichter bij de onaantastbare Jack Nicklaus en toont wederom aan hoe goed Woods – zeker in zijn topjaren – was.

Want er is een belangrijk element waar Nicklaus nauwelijks mee te maken kreeg: de druk van de media. Nicklaus had een ongestoord en ook onbekommerd privéleven. Woods was al voor zijn overgang naar de pro’s in september 1996 in het vizier van journalisten gekomen. Niet alleen van de serieuze golfpers, maar zeker ook van de paparazzi die niets en niemand ontzien.

Maar toch.

Aan het einde van de rit – en die lijkt voor Woods steeds dichterbij te komen – is het toch een geval van 14 om 18. Dan zal er niet worden gerelativeerd.

Maar won Tiger Woods niet aanzienlijk meer reguliere toernooien van de PGA Tour? Was dat niet 79 om 73? Jawel, maar Woods zei het immers ooit zelf: ‘It’s all about the Majors and Jack’s record.’

(Dit artikel stond eerder in Golfers Magazine 4 /2017)