/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F05%2FxK8qJSwb3CTkvP1747045843.png)
Aan het weer lag het niet. De zon stond als een straalkachel boven De Kroonprins, windstil en meedogenloos. Op het ganzenresort in Vianen is windstil nog altijd windkracht drie. Zonder waterpunt op een dagreis lopen vanaf de dichtstbijzijnde hole was het een dag van uitdroging, oververhitting en overgave. De zonnebrand vloeide rijkelijk, het water minder. En op elke fairway loerde eigenlijk maar één écht gevaar: de schijtgans.
Ze waren overal. Waggelend, blazend, snuivend, schijtend en vliegend. Boeing 777’s met veren, geflankeerd door ganzenkinderen in overtal. De lucht vol vleugels, het gras vol stront. Eén verkeerde stap en je zat tot aan je spikes in het stikstofprobleem.
En wij? We waren er klaar voor. Nog geen enkele pot gewonnen dit seizoen, maar de hoop op perspectief was net zo hardnekkig als Koert zijn angst om buiten de deur te eten. Tegenstander Wouwse Plantage had tenslotte ook pas één puntje. Onze inzet: geen laatste worden. De motivatie? Vernedering voorkomen.
Zo'n dag...
Dimitri had weer zes man weten te strikken. Onze Diederik was terug. Geen koudwatervrees meer, al kreeg hij wel direct de volle laag: 7&6 eraf in de ochtend. Michel deelde dat lot. Hij en Diederik gingen samen ten onder, ergens halverwege de baan al mentaal uitgecheckt. Boogie en ondergetekende verloren met 4&2. Koert en Dimitri sleepten nog wel twee puntjes binnen met 3&2, maar verder was het huilen met de pet op. 4-2 achter na de ochtend. Het was weer zo’n dag…
En toen, daar in de luwte van het lunchbuffet, onder het genot van een zogeheten twaalfuurtje, kwam het keerpunt. Geen speech, geen zweep. Gewoon het besef: we hebben niks meer te verliezen. En dat hielp. De middag werd een ware veldslag. Niet voor de schoonheid van het spel, maar voor de eer.
Wilde vikingen
Als wilde Vikingen gingen we de baan op. Diederik? Beestachtig. Sloeg zijn tegenstander met 7&6 de baan af. Die jammerde na afloop nog dat het niet eerlijk was. En dat iemand geen 200+ meters mag slaan met een ijzer 5. Diederik sloeg er vervolgens op hole 18 doodleuk eentje 260 meter. Gewoon, voor het prijsje van de longest drive. Omdat het kon. Huilie huilie.
Boogie? On fire. Won met 8&6. En vierde dat zoals alleen Boogie dat kan: luid, grote bek en niet gehinderd door enige bescheidenheid. Dimitri won met 4&3. En ikzelf ging er - net als in de ochtend - hard vanaf met 5&3. De tussenstand: 8-8. De ontknoping lag in de handen van Michel.
Michel stond halverwege 5UP en even later ‘nog maar’ 3UP. Toen begon het gewiebel. Mopperend, gebarend. Waggelend net zoals al die schijtganzen. 3UP met drie holes te gaan. 2UP met 2 te gaan. 1UP met nog maar 1 te gaan. Hole 18 moest de beslissing brengen. Zijn tegenstander mistte een putt van 60 centimeter. En Michel vertrouwde me toe dat hij stond te zweten: “Ik had wel een slecht verhaal gehad zeg, als ik ook deze niet had gewonnen.”
10-8. Winst! Op de slotdag. Een afgang bespaard.
We juichten. We dronken. We lachten. We smeerden onze zere voeten in. En we spraken af: elf maanden golfverlof. Minstens! De competitie zit erop. En dat is pri-hi-ma. Het was mooi. Het deed pijn. Het was lelijk. Het was schitterend. Het was Haenen 4.
Tot volgend jaar. Of zoals Boogie het zei, net iets te hard op het terras:
"Ik wist wel dat we geen laatste werden. Gewoon even de rest laten spartelen en uitrazen en dan toeslaan."
- Sora