'De eerste mensen die voet op dit eiland zetten, hebben het niet goed gedaan. In de veronderstelling dat alles snel weer terug zou groeien, kapten ze elke boom die ze tegenkwamen, met als gevolg dat mijn voorouders hier een keihard leven hadden. Gelukkig zijn we de laatste jaren veel verstandiger bezig. Mijn leven is in elk geval in niets te vergelijken met het leven van mijn opa's', zegt gids Sylvester ('net als Stallone, maar dan zonder de spierbundels'), terwijl hij de jeep door de heuvels van het kleine eiland Porto Santo stuurt. Een groot deel van dit 5500 zielen tellende stukje Portugal oogt inderdaad akelig kaal. 'Niet alleen hebben de eerste inwoners al het hout gekapt, de konijnen die ze meenamen sloopten de rest. Jonge spruiten werden direct weggeknaagd of haalden het niet door een gebrek aan vocht. Er valt namelijk ook nog eens heel weinig regen op het eiland. Als er veertig centimeter per jaar valt, is het veel. De overheid is al decennia bezig met een ambitieus herplantingsproject, maar slechts een klein deel van de vele tienduizenden bomen die werden aangeplant schieten wortel.'
Moet je op zo'n plek dan wel een golfbaan willen hebben?, dachten we toen we, na het aanhoren van de gids, de toegangsweg van Porto Santo Golfe opdraaiden en rechts onder ons niets dan groene fairways waarnamen.
'Ik snap die gedachte, maar ik kan je geruststellen', zegt de manager nadat we onze twijfels kenbaar hebben gemaakt. 'Porto Santo is inderdaad een gortdroog eiland, maar ik kan je verzekeren dat we daarom heel goed nadenken over onze waterhuishouding. De fairways sproeien we nooit en de tees en greens moeten het doen met gezuiverd rioolwater. Dat water is voor het grootste deel ook nog eens eerst ontzilt voor het elders op het eiland werd gebruikt. Bij de kust staat een van de eerste ontziltingsfabrieken ter wereld, en het zeewater dat daar wordt omgezet in zoet water is altijd voldoende op voorraad om het hele eiland vier dagen van vers water te voorzien. Ja, dat proces kost veel energie, maar daarvoor staat er ook een energiecentrale naast die draait op algen.’ Lachend: ‘Is het groen genoeg, denk je?'
Pebble Beach
Vanaf Madeira, het grootste eiland van de archipel met dezelfde naam en voor vrijwel iedere Nederlander de eindbestemming, vaar je in dik twee uur naar Porto Santo, onderweg genietend van de zeelucht en het fraaie uitzicht. Vliegen kan ook. Een klein kwartiertje vanaf Madeira, of een uurtje of wat vanuit Denemarken, dat op dit moment het enige land is met directe vluchten naar het in 1418 bij toeval door schipbreukelingen ontdekte eiland. Het is direct de verklaring waarom zowel de hotels op het eiland, als de door Seve Ballesteros ontworpen baan, vooral Scandinavische gasten mogen verwelkomen en Nederlanders vaak gaan voor een dagtrip tijdens hun verblijf op Madeira.
De Spaanse maestro tekende een ontwerp met twee gezichten. De eerste negen holes brengen je vanaf het clubhuis in een ruime lus omlaag richting de oceaan. De fairways zijn breed, de greens groot en het voornaamste gevaar vorm een lastige waterhindernis op de laagst gelegen holes. Juist op deze holes is goed te zien dat water een schaars goed is op het eiland: de fairways zijn droog en bevatten tal van grassen die er schijnbaar niet thuis horen. 'Seve onwaardig', hoorden we iemand van ons gezelschap zeggen, maar dat was nadrukkelijk voor we de tweede negen betraden. Meer precies: de holes dertien, veertien en vijftien. Neem je tijd om deze hoog boven de oceaan liggende holes te spelen. Loop als het even kan en als je het spel niet ophoudt naar de backtee van dertien en tracht de green vanaf daar te raken of schiet anders op zijn minst wat foto's. Pak een extra bal en probeer het ravijn zo ver af te steken als je ambities kunnen dragen op de par-4 veertiende. En waag vooral niet een net te kort geslagen bal op de par-3 vijftiende te gaan halen omdat je hem meters lager toevallig nog ziet liggen. Voor je het weet verdwijn je samen met je bal de diepte in.
Waar de meningen over de eerste negen nogal uiteenlopen, zijn die over de back nine unaniem lovend. Tot vergelijkingen met Pebble Beach aan toe.
Geconcentreerde diversiteit
Waar op Porto Santo één baan ligt, vind je er op Madeira twee. De bekendste is zonder meer Clube de Golf Santo da Serra. We maken er kennis met accountmanager Joana Dias, die namens het Madeira Promotion Bureau komt uitleggen waarom Nederlanders, Belgen en Luxemburgers (je bent verantwoordelijk voor de BeNeLux of je bent het niet) het eiland nóg vaker zouden moeten bezoeken. 'Wil je een complete opsomming of mag ik het bij een paar voorbeelden laten?', lacht ze breeduit als ze ons pen en papier ziet pakken om wat aantekeningen te maken. 'Toerisme is van groot belang voor de eilanden. We hebben wel wat landbouw en business, maar voor onze welvaart zijn we voor een belangrijk deel afhankelijk van onze gasten. Natuurlijk deed corona hier veel pijn. Niet dat er veel besmettingen waren ‒ de controles waren en zijn hier streng ‒ maar de markt kwam heel abrupt tot stilstand. Gelukkig zie je dat mensen ondanks alles graag op reis gaan en dat ze ons daarbij niet vergeten zijn. Golfers, zeker, maar ook fietsers, hardlopers, hikers en luxe-gasten weten ons goed te vinden. Het eiland is niet groot, maar je kunt hier letterlijk en figuurlijk alle kanten op. Concentrated diversity noemen we het hier ook wel. En natuurlijk is het klimaat ideaal om te golfen. In de zomer wordt het zelden warmer dan dertig graden en in de winter niet kouder dan achttien graden. Ik golf zelf niet, maar volgens mij zijn dat ideale golftemperaturen.'
Het klinkt inderdaad perfect om te golfen, en dat is het ook, maar je moet wel een beetje geluk hebben. Niet alleen ligt Santo da Serra flink hoog, waardoor het op de baan aanzienlijk frisser is dan beneden in de hoofdstad Funchal, de kans op een bui is ook altijd ruimschoots aanwezig op het oude vulkanische eiland met een hoogste punt van bijna tweeduizend meter. Het is echt niet voor niets dat Madeira zo groen en rijk aan bloemen is.
Fotogeniek
Op de Desertas Course van Santo da Serra springt het heuvelachtige van Madeira misschien wel het meest in het oog. De blauwe lus (er is ook de gele Serras-lus en de rode Machico-lus, deze laatste was helaas in onderhoud tijdens ons bezoek) kent enorme hoogteverschillen en doet de meeste mensen besluiten in een buggy te stappen. Als je per se te voet wilt gaan, overweeg dan een dubbele omloop op de Serras. Ook hier moet je heel wat hoogtemeters bedwingen, maar het is relatief vlak en lopend goed te doen.
Hetzelfde geldt voor de derde baan die je kunt spelen tijdens je bezoek aan dit stukje Portugal. Lopen kan, al voel je je kuiten na afloop. Palheiro Golf biedt de meeste fotogenieke uitzichten en je moet dan ook niet gek opkijken als je digitale fotoalbum bij terugkomst vooral foto's van deze parkbaan blijkt te bevatten.
Madeira betekent 'hout' in het Portugees, en terwijl we vanaf het hooggelegen terras uitkijken over de kustlijn en over de hoofdstad dringt de gedachte zich op dat Madeira en Porto Santo samen uit het goede golfhout gesneden zijn. Of, zoals gids Sylvester tijdens de jeepsafari zei: 'We mogen dan klein zijn, maar je moet minstens één keer in je leven een bezoek hebben gebracht aan deze prachtige eilanden.'
Wat ons betreft mag dat ook best twee keer zijn.
- Madeira Promotion Bureau