Extra power met de driver

Om controle te hebben, slaan de meeste tourspelers hun drives zelden voluit. Dat betekent dat ze nog een 'extra versnelling' in huis hebben waarmee ze de bal vijftien of twintig meter verder kunnen slaan – bijvoorbeeld om een bunker uit het spel te halen of de green van een par-5 in twee slagen te bereiken.

Voor de meeste clubgolfers is dat trouwens geen goed voorbeeld om te volgen. Pogingen om harder te slaan, verstoren vaak de swingvolgorde en de timing, wat bijna altijd leidt tot afzwaaiers – en die doen pijn op je scorekaart.

Toch wat extra?

Wil je toch per se die tien meter extra? Tee de bal dan net iets hoger op, speel 'm van je voorste voet, kantel je ruggengraat van het doel af en probeer de bal goed in de upswing te raken en de lucht in te lanceren. Dit resulteert in de gewenste hoge vertrekhoek en maximale lengte.

Zorg voor een brede, stabiele stand, maar ga niet veel harder slaan. Focus in plaats daarvan op een vloeiend ritme, een goede release van het clubhoofd en het raken van het midden van het clubblad.

Swing goed door de bal heen en eindig met een gebalanceerde finish. Dat levert in bijna alle gevallen de maximale afstand op, zonder dat het ten koste gaat van de controle.