Abnormaal veel water!

Tijdens een Dutch Open heb ik een keer op een dag 25 (!) rulings gehad voor abnormale baanomstandigheden. Als referee ben je daar natuurlijk blij mee, je hebt eindelijk wat te doen. Toen betrof het allemaal schade die konijnen hadden aangericht. Hoe hard de greenkeepers ook werkten, hier was niets aan te doen. Een van de dagen hadden we in totaal bijna 125 rulings, een record voor de tour!

Afgelopen winter waren er in Nederland talloze banen waar abnormaal veel water bleef staan. Op ‘mijn’ baan was het zelfs zo erg dat een par-5 en een par-4 tot par-3 ingekort moesten worden. Het was niet mogelijk om deze holes te spelen vanaf de normale afslagen en met de gebruikelijke lengte. Te veel ballen zouden dan verdwijnen in diepe plassen. Op een van de holes kun je zelfs niet met goed fatsoen over het eerste deel van de fairway lopen. Buggy’s waren helemaal uit den boze en trolleys mochten ook lange tijd niet gebruikt worden. En ook nu in de zomer is het door enorme plensbuien op veel banen een natte bende.

Regeltechnisch zijn tijdelijk water en schade door een dier aan elkaar gelijk: ze vallen beide onder abnormale baanomstandigheden (Regel 16). Die regel lijkt op zich niet zo ingewikkeld. Toch gaat er regelmatig wat fout bij het toepassen ervan.

Zo krijg je alleen een gratis drop als je last hebt van een abnormale baanomstandigheid. Maar wanneer is dat? Het komt erop neer dat je er last van moet hebben met je bal, stand of swing. Op de green geldt dit ook als er water op je speellijn ligt.

Je mag niet gratis droppen als je bal door iets anders onspeelbaar ligt. En het moet wel zichtbaar om tijdelijk water gaan en niet alleen maar een beetje vochtig gras. Ook mag je niet droppen op een stoklengte van het beste punt. Dat moet bij het dichtstbijzijnde punt waar je er geen last meer van hebt. Dat punt kan soms slecht uitkomen. Ook mag je niet gratis uit een bunker droppen, alleen maar omdat deze onder water staat.

95% zekerheid

De terrein- en regelcommissie moeten in zulke omstandigheden bijna dagelijks goed naar de baan kijken en soms extra maatregelen treffen: bunkers die helemaal onder water staan moeten tot GUR verklaard worden, zodat je er wel gratis uit mag. Soms moeten ze dropzones bepalen bij tijdelijk water, zodat spelers niet nog verder in de problemen komen. Mijn advies voor zo’n dropzone: gebruik geen witte lijnen maar een bordje, en voer dan de plaatselijke regel in dat men binnen één clublengte van dat bordje moet droppen. De zone kan dan regelmatig verplaatst worden door het bordje te verzetten. Dat voorkomt een dropzone met alleen maar plaggen.

En als je bal in het tijdelijke water verdwijnt en je ziet hem niet? Dan moet je 95% zeker zijn dat hij verloren is om de bal gratis te mogen droppen. Heb je die zekerheid niet dan is de bal verloren en moet je terug.

Het komt ook voor dat water uit een vijver is overgelopen. Dat overgelopen water valt ook onder tijdelijk water. Dus pas hier de juiste regel toe, en dat is Regel 16 en niet Regel 17 (hindernissen).

Hopelijk hebben de spelers tijdens het Dutch Open dit jaar Regel 16 helemaal niet nodig. Jammer voor de referees, maar goed voor het tempo in de baan!