Baantip: oud en leuk

Ja, er zijn heel veel goede moderne banen, maar wat ons betreft is er niets mooier dan spelen op een klassieker die al een eeuw ligt te rijpen. Wat golf betreft is oud vaak goud.

Baantip: oud en leuk

Natuurlijk is het geweldig om een beroemde championship course van je bucketlist te kunnen strepen, maar een goede baan hoeft niet per definitie leuk te zijn om te spelen. Zo voelden we ons op Valderrama ooit alsof we de dag ervoor ons golfvaardigheidsbewijs hadden gehaald, moesten we op The Blue Monster bij de turn nieuwe ballen kopen, en haalden we op Carnoustie door fysiek ongemak het einde van de ronde niet eens. Een beetje uitdaging is fijn, maar het moet wel leuk blijven.

Het inspireerde ons in Golfers Magazine 10 van vorig jaar tot de Top 100 van de leukste banen in het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Deze banen zijn voor alle niveaus prima speelbaar. Ze zijn meestal niet overdreven lang, bieden veel afwisseling en staan garant voor spektakel en plezier. Je bereikt het clubhuis niet per se met een goede score, maar wel met een glimlach van oor tot oor. Dat is dus een leuke baan.

Opvallend genoeg zijn het vaak de wat oudere banen die aan bovenstaande 'plezier-eisen' voldoen. Hier heb je nog par-3's van rond de honderd meter, korte doglegs die vragen om een ijzer van de tee, en par-5's waarbij je voor je derde slag een wedge in je hand hebt in plaats van een hybride.

Overigens hebben we ook in Nederland genoeg van die fijne klassiekers. Denk aan linksbanen als de Haagsche (boven), de Kennemer of Domburg (opening), die vaak vriendelijk zijn met volop rol en dunne rough. Of duik het bos in bij De Pan, de Hilversumsche, de Rosendaelsche of de Eindhovensche, waar het uit de wind ook 's bij kou en wind nog prima toeven is.

En in de winter is de kans op een starttijd op een van deze klassiekers ook nog eens groter, en met een beetje mazzel krijg je zelfs wat 'winterkorting'. Ook leuk.

Clubs & amateurs
  • Foeke Collet