Het enige dat verandert bij het slaan van een driver is de balpositie, omdat de club langer is en je de bal iets in de upswing wilt raken. Als de balpositie goed is, doe je dit automatische en sla je je drivers hoog zonder dat je iets aan je swing hoeft te veranderen.
Probeer de bal niet de lucht in te helpen
Veel golfers proberen de bal met de driver de lucht in te helpen, waardoor ze naar naar achteren vallen. Ze moeten de club bij impact dan met hun handen swingen om de bal niet te missen. Swing natuurlijk en vertrouw erop dat de positie van de bal en de club 'm de lucht in krijgen.
Swing niet te hard
Amateurs proberen de driver vaak harder te slaan dan hun ijzers, maar je moet hetzelfde tempo houden. Als je te hard slaat, verlies je balans en sla je de bal met geen mogelijkheid ver of recht.
Bal na het het laagste punt
Het laagste punt van je swing zit onder je linkerschouder. Bij een ijzer ligt de bal hier rechts van (voor rechtshandigen), zodat je naar beneden slaat. Bij de driver moet hij er net iets links van liggen – tegenover je hiel – zodat het clubblad bij impact omhoog beweegt.
- Golfsupport