Daar aan de kust...

De stranden van Vlaanderen zijn een geliefde vakantiebestemming, maar hoe zit het met de golfbanen tussen Knokke en De Panne? We pakten de clubs, verzamelden de ballen en reisden voor drie dagen af naar het verre... pardon, nabije zuiden.

ostend

Tussen het Zeeuwse Catzand en het Franse Duinkerke ligt een kuststrook van zo'n 65 kilometer lang. De stranden zijn er bourgondisch breed, al liggen ze bij de bekende badplaatsen als Knokke-Heist, Blankenberge en Oostende wel opgesloten tussen de Noordzee en hoogbouw uit de jaren zestig en zeventig. Elke zomer stroomt de Vlaamse kust vol met Engelsen, Fransen en Nederlanders, want het is hier simpelweg 'plezant', zoals de zuiderburen het omschrijven. Ook begin september bruisen de kustplaatsen nog volop, wellicht ook omdat we na een kletsnat augustus worden getrakteerd op een prachtige nazomer. De terrassen en restaurants zijn vol en zelfs op maandagavond loopt de rij voor Brasserie Paname tot halverwege de brede boulevard van het dorpje De Haan, onze uitvalsbasis. En terecht, blijkt een kwartier later, want de combinatie van Belgisch bier, verse vis en uitzicht op zee blijkt hier van indrukwekkend hoog niveau.

Maar we gingen natuurlijk niet meteen na aankomst in de La Grande Bouffe-modus. Eerst moesten er wat calorieën worden verbrand. En waar doe je dat als golfer meer in stijl dan op een klassieke links, die aan het begin van de twintigste eeuw door koning Leopold II van België werd aangelegd om de kustplaats Oostende aantrekkelijker te maken voor Britse toeristen? Wat goed genoeg is voor de verwende Engelse golfer...

Korte sokken
Dat we hier nog steeds kunnen spelen, getuigt van het standvastige karakter van onze zuiderburen. De uit 1903 stammende Royal Ostend Golf Club werd in de Eerste Wereldoorlog namelijk volledig verwoest als gevolg van zijn strategische ligging naast de haven. De baan en het clubhuis werden opnieuw opgebouwd, maar in de Tweede Wereldoorlog gebeurde precies hetzelfde. Wederom gingen de Vlaamse schouders eronder en die inzet werd beloond: vanaf 1950 werd dit een golfbaan waar de koninklijke familie vaak speelde. Nou krijgt elke baan in België na vijftig jaar de titel 'Royal', maar Royal Ostend is dus daadwerkelijk een koninklijke baan.

Dat is ook de reden waarom ik vlak voor onze ronde een beetje twijfelachtig kijk naar de blote kuiten van mijn flightgenoot annex de hoofdredacteur. Ze zijn gespierd en bruin genoeg om te wedijveren met die van mede-lefty Phil Mickelson, maar op de uitgebreide lijst met etiquetteregels die op de achterkant van ons startbewijs is geprint, staat toch echt dat de sokken bij het dragen van een bermuda niet te kort mogen zijn. Dit is op zijn best een twijfelgeval. Voor de zekerheid prop ik nog even snel de onderkant van mijn shirt in mijn broek om aan regel drie te voldoen, en ik hoop dat het Golfers Magazine-logo op mijn polo niet valt onder 'opzichtige reclame'. Grinnikend wijs ik mijn collega op de laatste regel, waarin staat dat petten en visors met de klep aan de voorkant moeten worden gedragen. Dat moet lukken. We zijn golfers, geen rappers.

Het klinkt allemaal wat streng, maar je bent hier als greenfeespeler echt van harte welkom. Sterker nog, greenfees vormen een belangrijk deel van de inkomsten van de club die slechts achthonderd leden telt. 'We krijgen normaal gesproken veel Engelsen, Fransen en Nederlanders op bezoek, al is dat door corona nu wat minder en spelen er vooral veel Belgen', vertelt Jean-Bernard Trussart, die hier al meer dan veertig jaar lid is en ons als bestuurslid welkom heet. Toch bood de lockdown van vorig jaar ook een kans. 'Omdat we dicht waren, hebben we in één keer de volledige bewateringsinstallatie vernieuwd. We waren in drie maanden klaar, terwijl we bij een project in etappes drie jaar in de rommel hadden gezeten.

‘We werken hier overigens al decennia met een ecologisch managementplan en gebruiken nauwelijks pesticiden en steeds minder water.' Bij die laatste opmerking kijken we vol verbazing vanaf het hooggelegen terras naar de werkelijk knalgroene fairways. Trussart ziet onze opgetrokken wenkbrauwen. 'Door de vele regen van de afgelopen maanden zitten we inderdaad heel dik in het gras. Te dik, vindt mijn vrouw, die hier clubkampioen is. Ze zegt dat je de bal niet eens meer voor de green kunt laten landen, zoals bij linksgolf gebruikelijk is, omdat hij dan meteen stil ligt. Maar normaal gesproken zal de baan regelmatig uitdrogen en fast and firm spelen.' Zo zien we het graag.

Kippenvel
Na de investering in de waterhuishouding was de kas kennelijk leeg, want de handvol afslagplaatsen op het veldje naast hole achttien – een driving range kun je het echt niet noemen – moeten het doen met keiharde matten en een gemixt assortiment ballen uit de vorige eeuw. Trussart had ons al gewaarschuwd dat dit 'geen baan is waar je leert golfen' en dat de oefenfaciliteiten dus karig zijn. Wat ons betreft hoort het bij de charme van een klassieke links. Een oefengreen en een net om een paar 'opwarmballen' in te slaan, zoals je regelmatig aan de andere kant van het kanaal ziet, was ook prima geweest. Op de op twee na oudste baan van België kom je immers voor een authentieke golfervaring en niet voor piramides golfballen en launch monitors.

Volgens de 'strenge leer', die onderwijst dat je de zee moet kunnen zien, is Royal Ostend de enige echte linksbaan van België. Maar ook zonder 'zeezicht' was duidelijk geweest dat de baan naast het strand ligt. Na de vier openingsholes moet je een weg oversteken waar de badgasten hun auto parkeren, zodat je ineens met je trolley tussen de slippers en bikini's loopt. De zonaanbidders zijn echter te druk in de weer met hun koelboxen en parasols om zich te vergapen aan een stel strak geklede golfers. Dat is pas integratie. Live and let live.

Het is alsof Royal Ostend je met dit uitstapje naar de 'gewone wereld' nog even op het verkeerde been wil zetten, want van hole vijf tot en met tien trakteert de baan je op een linkservaring die zich kan meten met de klassiekers aan de andere kant van het kanaal. We moeten onze afslagen vanaf hoge duinen zien te dirigeren richting glooiende fairways die worden omzoomd door kniehoog zwenkgras. Als aan die opdracht is voldaan, wachten approaches naar verhoogde greens, die aan alle kanten worden beschermd door razendsnelle run-off area's en diepe potbunkers. Zelfs op een windstille nazomerdag is dit lastig, en we kunnen ons het immense gevecht voorstellen als een harde westenwind de regen horizontaal over de baan jaagt – dan onderscheiden de mannen zich van de jongens.

Onze grootste uitdaging zit in de flight voor ons: een bejaarde Vlaming die zijn buggy na elke slag niet verder dan een meter of zestig hoeft te verplaatsen. Kennelijk is ook zijn bril aan vervanging toe, want als we na de steile afdaling van de tee van de par-3 achtste bij de green aankomen, ligt onze Golfers Magazine-bal niet meer op vier meter van de vlag. Wellicht vond hij onze logobal mooier dan zijn eigen exemplaar, dat we onderaan een run-off area achter de green terugvinden. De irritatie kan echter niet op tegen het fantastische uitzicht over de Noordzee en het linksplateau onder ons. Hier liggen de roots van het golfspel. Kippenvel.

Op weg naar het clubhuis moeten we nog twee keer een drukke weg oversteken, wat de ronde een enigszins 'gefragmenteerd' gevoel geeft. Ook hebben de laatste vier holes veel meer een boskarakter, waardoor de betovering van de links een beetje wegebt. Maar eenmaal op het terras, met een Brugse Zot in de hand, zijn we het er roerend over eens: Royal Ostend is een geweldige linksbaan waar we de rest van ons leven zouden kunnen spelen. Zeker met leden als Jean-Bertrand. Hij pareert onze opmerking dat we direct weg moeten om ons klaar te maken voor het diner met een: 'Kóm nu, zég... het dorp is drie minuten rijden', en bestelt nog eens drie 'zotten'. Gezellig, die zuiderburen.

Klassieke schoonheid
Ook onze volgende stop is een Vlaamse klassieker: Royal Zoute Golf Club. Sir Nick Faldo omschreef het design van Harry Colt uit 1907 als een 'hidden gem', en hoewel er intussen de nodige slijtage op deze term zit, zegt het beslist iets over het niveau van de championship course. Henry Cotton en Arnold Palmer sloegen hier ballen. Ook was de baan vele malen strijdtoneel van het Belgisch Open, met winnaars als Walter Hagen, Roberto De Vicenzo en Lee Westwood. Dat is een cv waar je mee aan kunt komen.

Maar voordat we afslaan, moeten we eerst de innerlijke mens versterken – we zijn niet voor niets in het bourgondische België neergestreken. Bovendien heeft caddiemaster Mitch ons bij het zien van onze handicaps naar de backtees gedirigeerd en dat vraagt voor de eerste drive om wat vloeibaar zelfvertrouwen.

Op het terras genieten keurig geklede dames en heren van mosselen en witte wijn. Het is allemaal flink wat chiquer dan op Royal Ostend. En dan lunchen we nog in het 'noodrestaurant', omdat het clubhuis anno hotel wordt verbouwd. Het prachtige landhuis naast de fairway van hole één wordt uitgebreid van zeven naar tien kamers. Hier verblijven zal een flinke duit meer kosten dan ons Ibis Hotel in De Haan (waar het met gastvrij personeel en ruime openingstijden van de keuken overigens prima toeven is). Maar met een korting van vijftig procent op de greenfees en een werkelijk prachtig uitzicht op de openingshole, is dit een regelrechte aanrader. 'Mensen boeken hier regelmatig vier dagen in het hotel en spelen dan elke dag', vertelt Mitch. Vier uur later snappen we dat volledig: Royal Zoute is een klassieke schoonheid waar je elke dag opnieuw verliefd op kunt worden.

Ook deze kustbaan kreeg het in de Eerste en Tweede Wereldoorlog flink voor de kiezen. Een tweede baan dichter bij de zee werd zelfs helemaal verwoest. Maar hier kwam een kleine 18-holesbaan par-64 voor terug: de charmante executive course met zijn kleine, lastige greens. Wij komen echter voor de beroemde championship course. Van oorsprong is dit een echte links, wat je nog steeds terugziet in de harde, snelle fairways en de grote, door potbunkers bewaakte greens, die het je met hun subtiele slopes behoorlijk lastig kunnen maken. In de tweede helft van de vorige eeuw kreeg Royal Zoute door het planten van bomen echter meer het karakter van een 'open' bosbaan. We moeten regelmatig denken aan de Hilversumsche of Eindhovensche, met zowel open stukken als fairways en greens die worden geflankeerd door naaldbomen. Het maakt een ronde op dit zeer natuurlijke design een feest voor liefhebbers van beide soorten banen.

De ligging midden in de bebouwde kom doet een beetje denken aan die van Royal Lytham & St Annes, terwijl de prachtige villa's naast de baan ons terugbrengen naar Wentworth, maar dan een klassieke, veel smaakvollere versie. Alleen door de zilte zeelucht besef je dat je vlak bij de Noordzee zit. Het water is op sommige plekken in de baan hemelsbreed maar een paar honderd meter van je verwijderd, wat natuurlijk ook betekent dat het hier flink kan spoken. Stel je voor: bomen en open stukken, harde en vaak smalle fairways, windkracht 6... Wij worden echter getrakteerd op temperaturen van tegen de dertig graden en het door de caddiemaster beloofde zeebriesje om 14.00 uur is dan ook meer dan welkom. In korte broek genieten we bij het kleine halfway house – een van de Engelse invloeden die is blijven hangen – onder een parasol van een koel drankje. Dat doen we helaas te weinig in Nederland. Zou het komen omdat we altijd haast hebben?

Pure polder
Onze laatste stop voordat we weer naar het Noorden moeten, is Koksijde Golf ter Hille. Er is weinig mis met deze baan uit 2013, maar als je in de planning staat ná internationaal befaamde klassiekers als Royal Zoute en Royal Ostend, dan begin je wel met een achterstand. Het design van Jeremy Pern ligt op slechts twee kilometer van zee, maar het hadden er evengoed tweehonderd kunnen zijn: dit is pure polder. Wel heeft Pern een baan neergelegd die eer betuigt aan de echte links. De fairways zijn glooiend en omgeven door lage heuveltjes vol hoog zwenkgras, terwijl de greens groot en geonduleerd zijn en worden bewaakt door diepe bunkers en steile run-off area's. We zijn fan van het open karakter van dit soort banen, waar de wind altijd vrij spel heeft. Maar de veelgehoorde omschrijving 'inland links' vinden we – als groot fan van echte kustbanen – in de meeste gevallen toch wat misleidend.

Ook deze baan voelt veel meer als een polder- of parkbaan, vooral omdat er overal water in het spel is. We werden op Royal Ostend al gewaarschuwd voor het venijnige Koksijde, dat ballen zou verorberen alsof het M&M's zijn. Die omschrijving is niet overdreven. Regelmatig moeten we in de tas naar een nieuw exemplaar grabbelen omdat we van de tee in het water belanden. De flinke bries maakt het niet makkelijker, maar zorgt gelukkig wel voor wat verkoeling. Ook náást en zelfs áchter de greens is vaak water te vinden, wat op een gegeven moment wat te veel van het goede kan worden – zeker als je niet lekker staat te spelen. Bijna nergens kun je even op adem komen, overal loert gevaar.

(foto: Pascale Vandewalle)

Misschien hadden we toch wat langer van de werkelijk geweldige oefenfaciliteiten gebruik moeten maken. De driving range staat vol met doelen, er liggen matten om schuine liggingen te oefenen en de oefengreen is groot en snel. Hier heb je alles tot je beschikking om je spel op scherp te krijgen voor je ronde. Maak hier gebruik van, want als de ballen er lekker op zitten, is het genieten op Koksijde.

Het onderhoud van de baan is ronduit indrukwekkend. Overal zijn greenkeepers aan het maaien, blazen en rondrijden, wat resulteert in strakke tees, kort gemaaide fairways, consistente bunkers en greens als biljartlakens. Knap na een natte zomer. Al die bedrijvigheid heeft ook een nadeel: het is wel erg druk en onrustig overal. En dan stapt op het naastgelegen weiland natuurlijk ook nog een boer op zijn tractor met 700 pk. Het zal vast te maken hebben met focus (als je goed speelt, heb je immers nergens last van) en gewenning (op Houtrak horen we de vliegtuigen nauwelijks meer), maar we worden rücksichtslos gesloopt. Koksijde 1 - Golfers Magazine 0.

Gelukkig wacht ook hier een gezellig terras, en met een ontspannen loungemuziekje op de achtergrond en een indrukwekkende bierkaart in de hand hebben we binnen de kortste keren weer volop praatjes. We zijn het er na drie dagen roerend over eens: de Belgische kust is een geweldige golfbestemming, met totaal verschillende, maar stuk voor stuk onvergetelijke banen op slechts een paar uur rijden. Gooi daar een heerlijk sausje bourgondische gastvrijheid overheen en je hebt het recept voor een zalige golftrip. We moeten echt vaker bij de buren langs.

Greenfees
Royal Ostend
Greenfee hoogseizoen: € 95 (ma-do) / € 105 (vrij-zo)
Handicap: 34 (ma-do) / 28 (vrij-zo)
https://rogc.eu

Royal Zoute
Greenfee hoogseizoen: € 110 (championship course) / € 60 (executive course)
Handicap: 24 (ma-vrij) / 18,4 (weekend) / 36 (executive course)
https://www.rzgc.be

Koksijde Golf ter Hille
Greenfee Langeleedcourse (18 holes): € 70 (ma-do) / € 90 (vrij-zo)
Greenfee Hazelbeekcourse (9 holes): € 37 (ma-do) / € 47 (vrij-zo)
Handicap: 35
https://koksijdegolfterhille.be