Uit Golfers Magazine: Jeugdgolf in Nederland

Om de golfsport toekomstbestendig te maken moeten meer jongeren gaan golfen. Maar dat valt nog lang niet mee.

Niet alleen in Nederland, ook elders in de wereld worstelt de golfsport met het aantrekken van jeugdleden. Hoewel het percentage jeugd in Nederland flink lager is dan in de rest van Europa (respectievelijk 4% en 9 %, bron KPMG Golf Advisory), vraagt men zich ook buiten ons land vaak af hoe je de jeugd betrekt en behoudt voor de sport. Factoren die zwaar meewegen: wat doen vrienden en vriendinnetjes? Hoe bereikbaar zijn de sportterreinen? Hoe moeilijk is de sport? Hoe leuk is het? Hoe past golf in het leven van jonge kinderen en tieners? In de Verenigde Staten suggereerde men onlangs nog dat de oorzaak van de afname van jeugdleden misschien wel gezocht moest worden in de dwingende aanwezigheid van de mobiele telefoon en sociale netwerken.

Die voorkeur voor andere activiteiten klinkt als een moderne echo van een redactioneel commentaar uit het maandblad Golf van 1955. Ruim zestig jaar geleden werd de 'schuld' gelegd bij andere sporten: 'Wij weten wel, dat de belangstelling van de jeugd soms meer uitgaat naar tennis, hockey en paardrijden… het is bedroevend te constateren dat de animo onder de jeugdleden zo gering is.' Waarna de auteur afsluit met: 'Wie volgt ons op? Jeugd! Je zult er evenals wij veel vreugde aan beleven.'

Bladerend door oude jaargangen Golf, het oude orgaan van de Nederlandse Golf Federatie (NGF), kom je meer van dit soort hartekreten tegen, net zoals je hosanna-verhalen vindt over hoe goed het wel niet gaat met de jeugd. 'Het was verblijdend te zien dat het aantal deelnemers aan dit kampioenschap veel grooter was dan in vorige jaren... golf begint blijkbaar meer en meer vat op de jongeren te krijgen, hetgeen voor de toekomst van het spel in ons land het beste doet verwachten.' Dat was in september 1938, maar nog geen dertig jaar later, in februari 1967, was het weer helemaal mis toen bij een nationale training slechts elf jongens en meisjes acte de présence gaven. 'Dan was de rest zeker verhinderd? Nee, lieve lezer, de rest... is er niet. Elf jongelui, dat is alles wat twintig Nederlandse golfclub kunnen opbrengen.'

Zo fluctueert het aantal jeugdleden door de jaren heen en de visie op jeugdgolf schommelt mee: van tevreden en hoopvol, naar somber en met vrees voor de toekomst.

Waar we nu zitten in dat spectrum is moeilijk te zeggen, zegt bondscoach Maarten Lafeber. 'We hebben in Nederland niet echt een golfcultuur en het gaat kennelijk altijd een beetje in golfbewegingen. Waarom het de ene keer wat beter en de andere keer minder gaat, is lastig te zeggen. Wat ik wel zie is dat er van de successen van iemand als Joost (Luiten, red) nauwelijks een aanzuigende werking uitgaat. Dat zou je misschien wel verwachten, maar dat is dus niet zo: de trend gaat de laatste jaren juist eerder de andere kant op. Daar zit nu de eerste uitdaging: kinderen naar de sport trekken.'

Sneeuwballen gooien

Eerst maar eens wat cijfers: Op 30 juni 2016 telde Nederland 369.387 geregistreerde golfers (bron: NGF Golfmarkt Dashboard, september 2016). Het aantal golfers onder de 21 jaar maakt daar slechts een fractie van uit: 15.555 op genoemde peildatum, waarvan 1.355 tot en met tien jaar en 12.000 spelers in de leeftijd van elf tot en met twintig jaar. Dat is een schamele 3,6% van het totale aantal golfers. Zelfs als je de leeftijdsgrenzen van 'jeugd' oprekt naar dertig jaar, blijf je ruim onder de tien procent (8,5%). Dat is fors lager dan de ook al niet grandioze cijfers van twee jaar daarvoor: in 2014 telde de federatie 1.804 spelers tot tien jaar (– 24,9% in 2016) en 14.502 tot twintig jaar (-17.2% in 2016). Naar verluidt is dit aantal inmiddels nóg verder gedaald. Conclusie: het totaal aantal geregistreerde golfers mag nagenoeg gelijk blijven, maar de aanwas van onderop blijft daar bij achter.

Over de oorzaak van die terugloop lopen de meningen sterk uiteen. Van 'teamsport geniet de voorkeur' tot 'de jeugd zit alleen maar op zijn smartphone'. Van 'golf duurt te lang, is te moeilijk en te duur' tot 'hun vriendjes doen het ook niet.' En alles wat daar tussen zit.

Maarten Slootmaekers, al jaren speler van het eerste team van de Koninklijke Haagsche, vader van twee jonge kinderen, en golfend vanaf zijn twaalfde, weet nog precies hoe hij met de sport begon: 'Het klassieke verhaal van meegaan met je vader en dan de hele tijd op de drivingrange rondhangen. Zo begon ik. En toen ik mee wilde doen aan wedstrijden had ik ouders die “gek genoeg” waren om me overal heen te rijden. Die heb je ook echt nodig, anders kom je nergens. Ik was sportmaf maar toen ik een jaar of vijftien was, kreeg ik ook andere interesses. Ik denk echt dat ik destijds bij de sport gebleven ben, omdat ik er eerst andere dingen naast bleef doen, en zeker ook omdat ik later mijn vrienden had op de golfbaan. We hadden een eigen jeugdhonk dus niemand had “last” van ons. Het werd niet gezegd, maar dat gevoel had je natuurlijk wel een beetje: dat je als jongere tot last was. En misschien is dat gevoel er nog wel op allerlei clubs.'

Het is een vaker gehoorde 'klacht': de sfeer op golfbanen zou weinig kindvriendelijk zijn. Nog steeds staat ons helder het briefje voor de geest dat we vorig jaar aan het prikbord van een clubhuis zagen hangen: 'We vinden het fijn dat u uw (klein)kind meeneemt naar de baan, maar het is hier natuurlijk geen speeltuin', of woorden van gelijke strekking. Natuurlijk hoeft het clubhuis niet direct te veranderen in een dependance van speelparadijs Ballorig, maar een warmer welkom zou schelen. Slootmaekers: 'Ik weet zéker dat dat helpt. Juist voor jongere kinderen moet het in de eerste plaats leuk zijn. Ik zie wel dat er allerlei initiatieven zijn voor beginnende jeugd, maar wat is de funfactor voor een meisje van tien als ze dertig privélessen krijgt aangeboden? Dat ís toch ook niet leuk? Er zijn genoeg open wedstrijdjes waar je als talent naartoe kan en waar je gelijkgestemden treft, maar aan de basis moet het gewoon zo breed mogelijk zijn. Trek zoveel mogelijk kinderen naar je toe. Hoe je dat doet? Maak het vooral leuk. Als er sneeuw ligt ga dus je geen matjes schoon schrapen om ballen te slaan, maar lekker sneeuwballen gooien. Leuk en ook nog eens goed voor je motoriek.'

Signaleren en stimuleren

Het is precies die balans die clubs zoeken bij het uitrollen van jeugdinitiatieven: een goed evenwicht tussen kennismaken en golfen op een zeker niveau. 'Het moet leuk zijn, maar het draait niet alleen maar om spelletjes', zegt Tineke Loogman van Golfcentrum Amsteldijk desgevraagd. 'Als je op de open dag een springkussen neerzet, maar bij de volgende les is het er niet, dan heb je de eerste teleurstelling al te pakken. Er moet een balans zijn tussen sport en spel. Wij hebben nu een programma ontwikkeld waar beide elementen een plaats krijgen. Lekker speels opwarmen, werken aan de swing, de sportmotoriek, en dan weer afsluiten met een wat meer 'fun' georiënteerd deel. Zo zou een ideale jeugdles eruit moeten zien. En eerlijk gezegd niet alleen een jeugdles: ook voor volwassenen is een les zóveel leuker als je er een spelelement aan toevoegt.'

Dat laat echter de vraag onbeantwoord hóe je dan aan die jeugd komt. Loogman: 'Een deel komt met ouders of grootouders mee, maar je moet de jeugd ook zelf weten te bereiken. Via folders op school, vriendjes die vriendjes meenemen, gymleraren, dat soort dingen. Bij ons nieuwe programma zijn we positief verrast over de opkomst. Kinderen willen dus wel graag. Dat is duidelijk. Maar je moet ze wel het juiste aanbieden om ze langer dan een kennismakingsmiddag binnen te houden. Lukt dat, dan kan niet alleen je ledenpotentieel onder volwassenen toenemen, maar stijgt ook je kans op betere jeugd. Dat is de macht van het getal.'

Professional Rob Mouwen werkt(e) al jaren met topgolfers (onder anderen Joost Luiten en Anne van Dam), maar geniet minstens zoveel bekendheid door zijn jeugdgolfkampen. Het is misschien wel dé plek waar serieus golf en fun samenkomen. Mouwen: 'Ik doe de kampen nu sinds 2009 en zie grote verschillen tussen de deelnemers, al weten ze allemaal dat het geen 'drill-kamp' is. Dat vertel ik voor aanvang heel nadrukkelijk. Er is serieus les, er is heel veel tijd om te golfen, maar we zoeken wel de balans. Kinderen die wat meer op beginnersniveau zitten, zijn na de les wat sneller klaar; kinderen die al wat verder zijn, die meer willen, zijn soms nog uren bezig. Dat stimuleren we ook. Alle trainingsapparatuur die ik voor pro's gebruik, zet ik in. Wie beter wil worden, kan in die week – ondersteund door het trainingsplan van de eigen pro – goed aan zijn spel werken. Uiteindelijk geldt echter voor alle kinderen: als er geen plezier is, houden ze het niet lang vol. Daar ligt een groot deel van onze verantwoordelijkheid.'

Maarten Lafeber: 'Er worden hele goede dingen gedaan, door de NGF, door de clubs, en je ziet dat er best veel kinderen enthousiast te krijgen zijn voor de sport. Maar wat dan? Hoe geef je vervolg aan die eerste kennismaking? Daar gaat het natuurlijk om, en dat is misschien wel het lastigste. Ik weet niet hoe het met jouw kinderen is, maar bij mij thuis spelen ze – als ik eerlijk ben – alleen omdat ik het ook doe. Als papa niet zou golfen, zouden ze echt alleen voetballen en hockeyen, net zoals de meeste kinderen. Dat komt denk ik deels door de tijd die golf kost, maar zeker ook door onze cultuur. Hun vriendjes voetballen, hockeyen, maar hun vriendjes golfen niet. Daar begint het al mee. Nederlanders zijn veel meer teamsporters, vinden dat belangrijker doordat de sociale aspecten daar (nog) meer naar voren komen. Dat is absoluut iets waar we wat mee moeten, willen we meer kinderen aan het golfen krijgen. Dat golf niet vaak de eerste sport is, snap ik daarom heel goed. Maar als meer kinderen golf als tweede sport zouden kiezen en dan op een gegeven moment doorstromen, dan staat het er alweer heel anders voor.'

Forse uitdaging

Als we na een inventarisatie van alle meningen en cijfers de balans proberen op te maken, wat is dan de conclusie? Dat golf in Nederland geen sport is waar kinderen in groten getale aan meedoen, dit nooit geweest is en nooit zal zijn? Dat golf als jeugdsport in Nederland altijd redelijk marginaal is geweest – zij het met golfbewegingen – en dat we dat maar moeten accepteren? Moeten we de jeugd actief benaderen, rechtstreeks, of moeten de clubs en banen zich juist richten op de ouders en grootouders? Zorgen dat zíj willen komen en zo in hun slipstream de volgende generatie introduceren? Moet de nadruk liggen op spelenderwijs leren of willen we juist voortvarender te werk gaan om jeugd op te leiden? Wie het weet mag het zeggen. Naar het ei van Columbus wordt al sinds vroeg in de vorige eeuw gezocht – zie 1938, 1955, 1967 – en alle initiatieven ten spijt, zal die zoektocht ook in – en na – 2017 nog wel even duren.

Zolang (jeugd)golf niet diep verankerd is in onze samenleving, blijft het vinden van talenten, van nieuwe golfers zelfs, een forse uitdaging.

Initiatieven

Natuurlijk is er het vlaggenschip Oranje met de daar onderliggende selecties, maar daarnaast zijn er tal van initiatieven om de jeugd aan het golfen te krijgen, te houden, of om de al golfende – en talentvolle – jeugd te faciliteren. Deze komen uit de schoot van de Nederlandse Golf Federatie (NGF), direct van clubs, of ontstaan daarbuiten.

Raak

In het voorjaar van 2016 introduceerde de NGF – in samenwerking met ING Private Banking – het programma RAAK!. Doel van RAAK! is om jeugd (meer) in aanraking te brengen met golf. Er wordt nadrukkelijk niet gemikt op de betere maar op de potentiële golfer. Met een 'knipoog naar andere sporten en basiselementen van golf' maken kinderen kennis met de sport. Het 'funpark' is een belangrijk onderdeel van het concept, net als mascotte Spot. Allerlei meer of minder golfgerelateerde spelletjes moeten kinderen enthousiast maken voor de sport. Maar er is meer dan spelenderwijs kennismaken. Op de deelnemende clubs (ruim 120 volgens opgave van de NGF) kunnen vrienden van RAAK! de volgende stap maken op de drivingrange of bijvoorbeeld in een clinic. Het initiatief hiervoor ligt bij de banen zelf.

www.golfraak.nl

Girlzgolf

Het valt al niet mee om jeugd bij de sport te halen, maar meisjes blijken nog lastiger te betrekken en te behouden. Ruim een jaar voor RAAK! het levenslicht zag, werd 'Girlz Golf' geïntroduceerd. Doel van het programma, speciaal gericht op jonge meiden, is 'ervoor zorgen dat meisjes met elkaar golfen en van elkaar leren, een sociaal netwerk opbouwen en doorgaan met golf.' Als ambassadrices werden de inmiddels gestopte Christel Boeljon en Dewi-Claire Schreefel aangetrokken. Hoewel de focus is verschoven naar RAAK!, worden er jaarlijks nog drie evenementen onder dit label georganiseerd waar in totaal zo'n 130 meisjes aan meedoen.

www.golf.nl/jeugd/girlz-golf

PGA Junior League

De PGA Junior League is overgewaaid uit Amerika waar het in 2011 werd gelanceerd en binnen vijf jaar bijna veertigduizend kinderen aan zich wist te binden. In deze opzet is golf een teamsport (acht tegen acht, twaalf tegen twaalf) en geschikt voor spelers van ieder niveau. Er wordt gespeeld in tweetallen, om de drie holes kunnen de tweetallen aangepast worden, en elke wedstrijd bestaat ook uit drie holes. De spelvorm is bestball waardoor een misslag een stuk minder erg is: dat los je als team gewoon samen op. Meer opvallende regels die het spel leuker moeten maken: out-of-bounds wordt behandeld als waterhindernis, de bal mag altijd geplaatst en schoongemaakt worden en de maximale score per hole is dubbel par +2. Om het teamgevoel uit te dragen, spelen de kinderen in teamshirts met rugnummers. Aan de eerste Nederlandse editie van de competitie deden dertien clubs mee.

www.pgajlg.com

TopGolfTalent Foundation

Wat nu als je als jonge talentvolle golfer wel de ambitie hebt om het te gaan maken, maar niet de middelen? Dan heb je een probleem, is de stellige overtuiging van de mensen achter de TopGolfTalent Foundation. Zij steunen en stimuleren daarom niet alleen jeugdgolf als breedtesport, maar faciliteren ook de betere jeugd die, om hun ambities vorm te geven, extra (financiële) ondersteuning kunnen gebruiken. Extern geld aantrekken is, met inachtneming van de regels voor de amateurstatus, nagenoeg onmogelijk voor deze spelers. Het werven van fondsen en deze binnen de regels inzetten, is een van de speerpunten van de Foundation. Daarnaast biedt ze jeugdig talent ook anderszins de kant zich te ontplooien: er worden op topgolf toegespitste evenementen georganiseerd zoals internationale trainingen, masterclasses en trainingsweekenden tegen talent uit het buitenland. Van dezelfde initiatiefnemers is de US Kids Amsterdam Local Tour.

www.topgolftalent.nl

GolfTON

De headpro's van de Eindhovensche (Eric der Kinderen), de Rozendaelsche (John Boerdonk) en de Noordwijkse GC (Roel Verdonschot) namen vorig jaar het initiatief voor het topgolfprogramma GolfTON. TON staat voor Talent Ontwikkeling Nederland en dat is precies wat het initiatief beoogt: begeleiding bieden aan talent met als doel over enkele jaren meer Nederlandse spelers op de hoogste circuits te hebben. GolfTON is er dus voor de serieuze golfer, het talent dat verder wil met de sport en ambities heeft de absolute top te bereiken. Kinderen in de leeftijd van 8 tot 24 jaar krijgen een programma aangeboden waarin de individuele ontwikkeling centraal staat. De begeleiding is in handen van topcoaches en (oud-)spelers.

www.golfton.nl

Dutch Futures

Een initiatief van de mannen van Made in Scotland en The Dutch en onlosmakelijk verbonden met de baan in Spijk. Het concept richt zich in eerste instantie op jonge en aanstormende golftalenten (zowel amateurs als beginnend professionals) met de ambitie om speler op het hoogste niveau te worden. Voor deze jonge amateurs en pro’s is een speciaal lidmaatschap gecreëerd: zij kunnen het gehele seizoen onder de beste condities trainen en onderling wedstrijden spelen, en ook de persoonlijke coaches van de talenten zijn welkom op The Dutch. Het hele jaar door worden er trainingen en workshops georganiseerd en is er vakkundige begeleiding. Het concept The Dutch Futures beoogt beginnende professionals en ambitieuze amateurs met elkaar in contact brengen, om op die manier de ontwikkeling van de spelers te stimuleren.

thedutchfutures.nl

Commited to Jeugd

Een van de programma's waar golfclubs zich voor kunnen laten certificeren is 'Committed to Jeugd'. Het programma 'is bedoeld voor elke club, golfbaan of golfpro die een goed jeugdprogramma wil ontwikkelen en verankeren binnen de club, of het bestaande jeugdprogramma wil verbeteren. Committed to Jeugd kan ook worden geïnitieerd door clubs zonder baan, mits zij bindende afspraken kunnen maken met de golfbanen over het gebruik van de faciliteiten en met de golfscholen over de inzet van golfprofessionals.' Sinds de start van het programma in 2007 hebben zestig clubs het bijbehorende schildje ontvangen.

www.golf.nl/ngf/ngf-programmas/jeugd

(Voor de beschrijving van de verschillende programma's is vooral gebruik gemaakt van de door de initiatiefnemers aangeboden informatie op de verschillende websites)

(MP / Foto's: Istock, Rob Mouwen / Dit artikel verscheen eerder in Golfers Magazine 2)